zondag 25 augustus 2013

Dresden. Meissen en Torgau

Dresden is een wonder van wederopstanding na vernietiging. We hebben Kurt Vonnegut's Slaughterhouse Five aan boord, en Het Stenen Bruidsbed van Harry Mulisch. Beide boeken spreken van de smeulende sintelhoop die in de nadagen van de Tweede Wereldoorlog overbleef van het "Florence aan de Elbe", nadat Air Marshall Arthur Harris in de nacht van 13 februari 1945 had laten zien hoe hij de techniek van het fire bombing had geperfectioneerd. Het ging erom, brandbommen te laten vallen op de juiste plekken en de juiste hoeveelheden, op zo'n manier dat de stad zelf in de brandstof voor zijn eigen crematie ging voorzien. De bijbelse schildering van Sodom en Gomorra kan niet erger zijn dan het beeld van het verwoeste Dresden. Er vielen daar meer burgerslachtoffers dan in Hiroshima.
Frauenkirche

Wij kwamen na een kort grootvaderschapsintermezzo weer in Dresden aan boord. De reis duurde even wat langer dan verwacht, vooral de laatste kilometers, want Dresden is weer een bruisende stad met serieuze verkeersopstoppingen. De Anna Koosje lag mooi te wezen aan alweer een Fahrgastschiffsanleger, ongeveer aan de voet van de Frauenkirche. Ik had nog een huurauto in te leveren en we wilden eigenlijk wel weg uit de ondiepte ter plaatse, dus laat in de middag verhuisden we naar de handelshaven. Vooral omdat we niet in Dresden geweest wilden zijn zonder op zijn minst een diner aan de oever van de Elbe, gingen we terug naar het centrum. Wat een bekoorlijke stad, ook al is hij, zoals men ook van Ieper zegt, een pastiche van zichzelf. Als de kopie al zo mooi is, hoe moet het origineel geweest zijn! De Zwinger, de Sächsische Staatsoper, de Fürstenzug, en vooral natuurlijk de Frauenkirche. Er is tientallen jaren gewerkt, zeker na de Wende want toen was er geld, aan de minutieuze reconstructie van dit indukwekkende monument van macht, praal en o ja, ook wel religie. Het gebouw staat midden in de stad en midden in het leven, omringd door uitspanningen en terrassen waar weer dat heerlijke gedempte geluid klinkt van Duitsers op hun vrije vrijdagavond. Het is dat we al wat gedronken hadden, anders waren we erbij gaan zitten.

Dresden had in 2002 al een beurt gehad met overstromingen, en is dit jaar goeddeels gespaard gebleven. Dat kan Meissen niet zeggen, een even charmante maar minder monumentale Saksische Elbestad, waar we de volgende dag langskwamen en even aanlegden. De modderstrepen van het hoogwater stonden zeker twee meter boven de straat, en dat was al een flink stuk boven de oeverkades. We hadden er met de Anna Koosje doorheen kunnen varen als we er geweest waren. Het had ook geen haar gescheeld of het water had de brugdekken bereikt, waardoor die zeker weggesleurd zouden zijn. Nu hadden we er een doorvaarthoogte van zeker zeven meter.
Maar de bewoners hebben er met de moed van de voldongen feiten de schouders onder gezet, en alles ziet er weer bijna normaal uit. Ja in een aantal panden zijn de winkels niet teruggekomen, en in andere staan nog hittekanonnen de boel droog te blazen. Maar de terrassen zijn klaar voor de toeristen - die er helaas over de Elbe niet kunnen komen, vanwege het laagwater...
Ik worstel en droog op...

Torgau staat tot Meissen zoals Meissen tot Dresden. Een juweel van een stadje, iets kleiner maar een geliefde verblijfsplaats voor de Saksische vorsten. Er staat dan ook een enorm Schloss aan de Elbe-oever, vlakbij een gedenkplaquette van het Treffpunkt. Hier stootte in 1945 de hamer van de Amerikaanse troepen op het aambeeld van de Russen, met de Duitsers ertussen.
Hoogwater in Meissen
Torgau heeft één pluspunt ten opzichte van Dresden en Meissen: het ligt hoger, en de stad is ook nog eens beschermd door een muur met vloedschotten in de poort. Het hoogwater heeft hier niet veel meer achtergelaten dan een modderlijn op de muur.

Overigens is ons besluit rechtsomkeert te maken op korte termijn juist gebleken. Het traject Dresden-Riesa, waar we gisteren nog met 1.30 meter door konden, staat vandaag op 1.10.



Torgau hoog en droog

Geen opmerkingen:

Een reactie posten