dinsdag 28 mei 2013

De Ems

We voeren stroomopwaarts en toch een hele tijd met een snelheid van tegen de twintig kilometer per uur. Dat betekent dat we een kilometer of zes stroom in de rug hadden. Dat maakten we vorig jaar op de Rijn en de Donau alleen maar stroomafwaarts mee.
Het is een rare rivier, de Ems. Tot aan de eerste kanaliseringssluizen voorbij Papenburg is het echt getijdenwater, waar het water van de Dollard bij opkomend tij met een flinke snelheid naar binnen stroomt. En bij afgaand tij nog sneller naar buiten natuurlijk, want dan moet niet alleen het zojuist binnengestroomde water weer weg maar ook de natuurlijke waterafvoer van de rivier zelf.
Wanneer we de Ems verlaten, draaien we het Küstenkanal in. Dat zit dus aan de Ems-kant achter sluizen, en aan de andere kant zit er een sluis bij Oldenburg. Daar is de verbinding met de Beneden-Hunte in het getijgebied van de Weser, dat we dus bij afgaand tij moeten hebben. Wanneer we op de Weser zelf komen, richting Bremen, moeten we zorgen dat we weer opgaand tij meepakken.
Maar eerst gaan we morgen even aan land. We zitten weliswaar in Duitsland, maar slechts een paar kilometer van de Nederlandse grens. Daar ligt het oude vestingstadje Bourtange, waar we nog nooit zijn geweest en waar we nooit zullen komen als we het nu niet doen.
Hoe kun je tenslotte naar Praag willen en Bourtange voorbijvaren?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten